
Van het heilige gras van Wimbledon tot de baksteenrode klei van Roland-Garros: tennis is een sport die tot de verbeelding spreekt. Twee atleten (of twee keer twee atleten in het dubbelspel) die lijnrecht tegenover elkaar staan. Gescheiden door een net en gewapend met een racket, tennisbal en hun atletisch vermogen. En dat vermogen is groot. Want tennis vraagt veel van het lichaam. Dat weten tennisosteo’s als geen ander. Marc Lievens & Sam Verslegers bijvoorbeeld. Twee ervaren osteopaten die op hun behandeltafel al heel wat bekende en minder bekende tennissers mochten ondersteunen. Tijd voor een dubbelinterview dus. Osteopaat Vlaanderen serveert de vragen, Marc & Sam retourneren.
Twee keer van basketbal naar tennis
Osteopaat Sam Verslegers heeft al heel wat watertjes doorzwommen. Letterlijk dan. Want als voormalig competitiezwemmer is sport en topprestaties voor hem bekend terrein. Sam: “In het Limburgse kon ik nog op het podium geraken als zwemmer, maar op de Belgische kampioenschappen was dat al wat minder. (lacht)”. Topsport zou het misschien niet worden, maar de passie voor sport blijft altijd. Zeker in een therapeutische rol. Dus lag de opleiding kinesitherapie voor de hand.
Al gauw kwam Sam in de basketbalwereld terecht. Het bleek maar een tussenhalte te zijn, zowel als kine als op sportvlak. “Eigenlijk kwam ik via een lokale osteopaat bij osteopathie uit. We stuurden er namelijk basketbalspelers naartoe en die kwamen met geweldige resultaten terug. Dat moest ik ook proberen. Een opleiding osteopathie dus. En er ging een hele wereld voor mij open”, vertelt Sam.
Maar toch tennis? Dicht bij Bree lag dat alvast voor de hand. “De toenmalige Limburgse Tennis Academy was een kweekvijver voor talent. Zizou Bergs, Elise Mertens, Yanina Wickmayer. Allemaal aanstormende talenten. Ik heb eerst Yanina begeleid, dan in de Fed Cup ondersteund en toen Kim haar comeback maakte, stond ik haar bij. Er was aan tennis geen ontsnappen meer!”
Met zoveel tennistalent aan zijn zijde, komt natuurlijk de vraag naar tennisvaardigheden van Sam. Hoe sterk is hij zelf op de court? “Ze lachen me er altijd mee uit. Ik heb zeer slechte oog-handcoördinatie! (lacht)”
Over naar osteopaat Marc Lievens: “Ik studeerde in ‘99 af als kine bij KU Leuven en ben daarna in een sport kinepraktijk aan de slag gegaan. De trigger voor mij om osteopathie te gaan studeren, was eigenlijk rugproblemen. Daar hadden we als kinesitherapeut vreemd genoeg weinig over gezien. Ik wou daar echt wel op werken en via een proefles op FICO kwam osteopathie op mijn pad. Wat mij enorm boeide was verder kijken dan het letsel zelf. Zo kon ik patiënten met rugpijn echt beter begrijpen en gaan behandelen.”
Ook bij Marc was basketbal de tussenhalte naar tennis. “Ik heb eerst twee jaar bij Racing Basket Antwerpen, nu de Antwerp Giants, als kine gewerkt. Pas toen een collega stopte bij de Topsportschool Tennis in Wilrijk ben ik in de wereld van tennis terechtgekomen. En daar heb ik 14 jaar gewerkt. Ook ging ik als kiné/osteopaat verschillende keren mee met het Fed Cup team en heb ik Yanina Wickmayer een tijdje intensiever kunnen begeleiden.
Ook voor Marc serveren we dezelfde vraag: hoe zit het met zijn tennisvaardigheden? “Puur recreatief (lacht). Door te werken met tennissers ben ik me er natuurlijk enorm gaan in verdiepen. Maar tornooien en klassementen: zo straf ben ik niet.”
Twee doorgewinterde osteopaten met een focus op tennis dus. Tijd om vanop de eerste rij samen met hen de ins en outs van tennis te bekijken.
Anatomie van de tennisprestatie: van ondergrond tot racket
Tennis is een sport die heel hoge eisen stelt aan het lichaam. Wie regelmatig afstemt op grand slam partijen, ziet atleten heel intensief en explosief bewegen op het tennisveld. Tennisspelers leggen heel wat meters af op het veld. Ze combineren kracht met snelheid en met een heleboel rotatiebewegingen. Techniek en precisie zijn ook onmisbare ingrediënten in een sport waarbij winst of verlies op een paar centimeter kan aankomen.
Marc legt uit: “Tennis is eigenlijk één kinetische keten. Die vertrekt vanuit de voet, van de voet naar de knie via de heup gaat het naar het bekken, naar de rug, vanuit de rug naar het schouderblad en zo naar de schouder, en dan via de arm, naar elleboog, pols, en dan via de hand naar het raket. En dat allemaal om een balletje naar de overkant te brengen! Wat er aan een opslag, forehand of backhand voorafgaat, is toch wel een indrukwekkend biomechanisch proces."

Marc voegt eraan toe: “Als je onderzoek van bijvoorbeeld Kibler bekijkt, dan zie je bijvoorbeeld dat als je een verlies hebt van 20% van de kinetische energie die ontwikkeld wordt vanuit de heup/romp, en dus die schakel in die keten misloopt, je eigenlijk een toename zou moeten hebben van 80% aan massa of 34% meer versnelling moet geven ter hoogte van de schouder om dezelfde kracht output te hebben. Da’s immens.”
Kortom: er zijn een hele hoop tussenstations in het lichaam. En elk van die haltes kan potentieel een probleem vertonen. Met blessures tot gevolg. Zodra een halte hapert, sputtert het hele systeem. En dus de tennisprestatie. Geen wonder dat de osteopaat in de praktijk een heleboel klachten ziet passeren. Die klachten hangen trouwens af van een heleboel factoren die een osteopaat meeneemt in zijn behandeling. Van de ondergrond over de speelstijl tot het materiaal.
Klei, gras of hardcourt
De ondergrond speelt eerst en vooral een grote rol bij tennis en dus ook bij tennisblessures. Marc: “Op de tennisschool waren we elke keer weer blij dat het gravelseizoen er aan kwam. Want op de indoor hardcourt zag je aan het einde van het seizoen dat de overbelastingsletsels toch in opmars waren.” Dat beaamt ook Sam: “Het constante accelereren, decelereren, wat eigen is aan tennis, zorgt op hardcourt vaak voor een overbelasting aan de knie.”
Op gravel zie je die overbelasting minder. Maar dan krijg je weer andere problemen. Sam: “Klei heeft heel typische blessures. -Spelers glijden meer, de rally's zijn langer: dat heeft allemaal een impact. Denk ook bijvoorbeeld aan de bekende spagaat van Kim Clijsters: dat is een recept voor bekken- en heupproblemen.”
Op gras ten slotte, krijg je minder bots op de bal. Daar moeten spelers veel lager gaan zitten en aanpassingen maken. Zo krijg je sneller klachten aan de bil en de rug, stippen zowel Marc als Sam aan. En zo zorgt elke ondergrond voor specifieke klachten. Dat kan de osteo ook meenemen in de behandeling, uiteraard. Bovendien weet je ook doorheen de Grand Slam kalender waar en wanneer blessures zo prominenter zouden kunnen zijn.
Power versus control: speelstijlen
Ondergrond is dus een eerste factor, maar ook de speelstijl heeft natuurlijk een impact. Powertennis van op of achter de baseline versus elegantere serve-and-volley bijvoorbeeld. Marc: “Spelers die met meer kracht spelen, vragen natuurlijk meer van het lichaam. Dan krijg je uiteraard overbelastingsletsels. En spierscheuren.
David vs Goliath
Ook de lichaamsbouw telt natuurlijk. Zware, niet-atletische spelers kunnen puur op power matches in hun voordeel beslechten. Maar ook een kleine, snelle, behendige speler kan dat evengoed. Voor de liefhebbers, John Isner (208 cm) en Diego Schwartzman (170 cm) moeten zowat het grootste hoogteverschil in de ATP- ranking hebben gehad. Wie op de tennisbaan aan het langste eind trok, was soms een verrassing. David vs Goliath hoeft dus alvast geen uitgemaakte zaak te zijn in de tenniswereld! Isner en Schwartzman speelden trouwens samen ook doubles: het beste van twee werelden.
“Het verschil in speelstijl maakt wel dat atleten zich richting andere blessures gaan ontwikkelen”, legt Sam uit. “Dat herinner ik me bijvoorbeeld bij Kim. Als zij minder goed in vorm was, dan waren die benen minder snel. Dus ze was minder snel bij de bal. Dan gaat zij veel makkelijker die split boven halen om toch die bal nog te retourneren. Maar ik wist als ze dat deed… Dan is dat een cascade van problemen op bekken, rug, enzovoort. Dus ik zei altijd: gene split deze keer, hè (lacht)!”
De speelstijl kan ook een indicator zijn van hoe lang een speler meedraait in het circuit of hoe lang een carrière kan zijn. Een tennisser met een focus op kracht zal waarschijnlijk meer blessures ontwikkelen tijdens haar carrière en het lichaam zal daar een prijs voor betalen. Sam: “Kijk naar de blessures van Nadal in de herfst van zijn carrière. En ook bij Djokovic sputtert de motor nu.” Sam voegt eraan toe dat ook voor de therapeuten de speelstijl een cruciaal element is om in gedachten te houden.
Schoenen
De kinetische keten start eigenlijk helemaal onderaan, bij de voeten. Dus de juiste schoenen, aangepast voor de ondergrond waarop gespeeld wordt, zijn ook van belang. "Tennisschoenen zijn soms lastig”, legt Marc uit, “omdat die ook modegevoelig zijn. Toppers brengen dan schoenen uit met hun naam erop en die zijn populair. Maar eigenlijk moet je echt kijken naar de ondersteuning. We zien bijvoorbeeld heel vaak bij tennissers, een rechtshandige tennisspeler, dat de linkervoet iets meer neiging heeft om na verloop van tijd te gaan doorzakken. Dus op dat vlak is het heel belangrijk ook van daar een goede ondersteuning te hebben vanuit die schoen of steunzool. Het zijn procenten in die keten die een verschil maken. Daarvoor werk ik trouwens altijd samen met een podoloog.”
The Same New Balls, Please…
Soms zit het ook in kleinere hoeken. Zoals: de bal zelf. Sam legt uit: “Zizou (Bergs, nvdr.) had recent een blessure aan zijn extensor carpi ulnaris, een peesje aan de ulnaire zijde van de pols. Hij wijt dat aan het constante wisselen van ballen. En elke bal, die voelt anders aan. Dat heeft dan weer een impact op vibratie en vooral: op de polsbelasting. Daar zijn nu heel wat spelers op de kar gesprongen. Normaal zouden ballen uniform moeten zijn, in theorie. Maar in de praktijk verschilt een bal van leverancier tot leverancier. En die switch van type ballen van toernooi naar toernooi heeft dus duidelijk een impact op de pols.”
… And Rackets, Too!
Het racket ten slotte, speelt natuurlijk ook een rol. Dat is dan vooral het domein van de bespanner. Zowel Sam als Marc halen aan dat daar de bespanner belangrijk is. Want net zoals bij de ballen is het ook voor de rackets een utopie dat elk racket identiek is. Dus zal een bespanner racket per racket minutieus alles met een loodje gaan uitbalanceren.
Kortom: er is een breed scala aan factoren dat de tennisprestatie beïnvloedt. En zo ook zorgt voor een diverse mix aan klachten waar een tennisspeler mee kan kampen.
Asymmetrie en de zoektocht naar evenwicht
Tennissers kloppen vlot aan wanneer ze een blessure hebben, maar hoe zit het met preventie? Als het niveau stijgt, stijgt ook het besef bij de atleet en de coach dat er meer is dan alleen maar tennistraining en fysieke training. Andere facetten komen ook meer aan bod. Preventie is daar één van en cruciaal in tennis. En daarin speelt de osteopaat ook een belangrijke rol. Want de hele kinetische keten moet op volle toeren draaien. Als één schakel in de ketting minder sterk is, dan komt de tennisser al in de problemen. En zal het lichaam gaan compenseren.
Zo merk je inderdaad dat het lichaam zich aanpast aan de sport. Marc legt uit: “Als je naar een tennisser kijkt die veel speelt, ga je bijvoorbeeld zien dat de tennisarm, die schouder, een beetje lager gaat hangen. Dat er een aantal beperkingen optreden in beweeglijkheid. Kijk bijvoorbeeld maar naar een beperking van de binnenwaartse rotatie van de schouder. Dat is gewoon puur een adaptatie aan de sport. Het posterieure kapsel dat wat strakker gaat worden. Waardoor de rotatie van die schouder wordt beperkt. Of de tegenovergestelde heup: we zien ook vaak dat daar een beperking komt in beweeglijkheid. Puur door een aanpassing van het lichaam aan die repetitieve bewegingen. Die adaptatie leidt tot beperkingen en op termijn tot blessures.”
Het is aan de osteopaat om die biomechanische puzzel te ontcijferen en aan de slag te gaan. Om zo weer balans in dat systeem te krijgen. Hoe vooruitziender de osteopaat is, des te meer kunnen blessures worden vermeden. Sam: “Voor mij is het vooral de finetuning, dat lichaam continu in balans proberen te houden. Tennis is een asymmetrische sport. Dus mijn forehand, mijn opslag is veel dominanter. Dus je gaat bijvoorbeeld een overrotatie hebben van de wervelkolom. Om je een voorbeeld te geven van die asymmetrie: door de dominantie van de forehand en service ontstaat er een adaptatie naar asymmetrische rotatie ter hoogte van de wervelzuil. Die adaptatie is normaal binnen bepaalde grenzen, maar als osteo ga je op zoek om het evenwicht te herstellen, zodat de neurologische output optimaal is om te presteren. En dat op alle niveaus, dat is de essentie.”
Slim en complementair samenwerken
Als we uitzoomen, hoe zit dat dan met de rol van de osteo in de tenniswereld? “Je ziet toch dat er nog een weg af te leggen is”, vertelt Marc. “Als je naar het WTA-circuit kijkt, dan is er een medische ploeg maar daar zit nooit een osteopaat bij. En dan krijg je situaties waarbij een speler een nek heeft die moet losgemaakt worden, maar de kine mag niet manipuleren.”
Vaak is de osteopaat wel de draaischijf, zeg maar de lijm tussen de disciplines, die linken legt. Sam illustreert het met een treffend voorbeeld: “Een aantal maanden nam Karolína Muchová contact op, ze was finaliste vorige jaar op Roland-Garros, en ze vroeg om mee te werken aan de revalidatie van haar pols. In eerste instantie probeer ik altijd een meeting te organiseren met de volledige entourage om een tijdlijn uit te zetten. Zo is het duidelijk wie wat doet in functie van de speler, die steeds centraal staat. Door het letsel te bekijken door een osteopathische bril, probeer ik een meerwaarde te bieden binnen het revalidatieproces. Zij is op cruciale fases in België geweest en ik pendelde naar Praag wanneer nodig. De samenwerking met haar team verliep ondanks de afstand heel vlot. Zij hoopt binnenkort haar rentree te maken. Wie weet op Wimbledon?”
Zowel Marc als Sam zijn het erover eens dat de meerwaarde in het samenspel zit. De ploeg die de tennisser omringt gaat samenwerken, waarbij elke speler door de bril van de eigen discipline kijkt. Zo bouwen ze stap per stap aan een atleet die beter presteert op het tennisveld. Naarmate het niveau van de tennisspeler stijgt, zien we dan ook een grotere ploeg die de tennisser omringt. Sam vult aan: “De complementariteit is de sleutel. Zo is er bijvoorbeeld een hele testbatterij die we loslaten op de schouder om de kracht te gaan meten. Als daar een onevenwicht uitkomt ga je daar als osteo mee aan de slag. Samen met een fitnesscoach en de kinesitherapeut. Als je daar als team op werkt, dan kom je er gewoon uit.”
De sportarts hoort daar natuurlijk ook bij en die begrijpt steeds beter wat de rol en het effect van de osteopaat is. Marc legt uit: “Op hoger niveau merk je dat sportartsen echt wel mee zijn in het verhaal. Zou dit vervangen door: Sportartsen begrijpen zelf dat elk detail belangrijk is en het verschil kunnen maken tussen winnen of verliezen. Ze zien de meerwaarde van een team rond de atleet. Dit team kan bestaan uit coach, physical coach, sportarts, kine, sportpsycholoog, podoloog, diëtist en natuurlijk de osteopaat. Ze zien dan ook dat de osteopaat vaak linken kan leggen tussen de verschillende disciplines. Wat zorgt voor een mooi samenspel, wat de atleet naar een hoger niveau brengt.”
Osteopathisch dubbelspel
Ook osteopaten werken graag én goed samen om spelers naar een hoger niveau te tillen. Ook Marc en Sam. Zo werden ze beide geconsulteerd om een profspeelster met een rugblessure bij te staan. Aanvankelijk werd er door de sportkiné met oefeningen op de rug gewerkt om zo onevenwichten te herstellen en de belastbaarheid van de rug te verhogen. Dit verliep goed tot het moment daar was om terug te keren op wedstrijdniveau. Dan sputterde de machine weer. Na het advies van Sam verschoof de focus uiteindelijk naar de nek, hoofd en kaak. Marc legt uit: Sam zag door bepaalde testen dat er nog een invloed was van een dalende keten (vanuit kaak) “In samenwerking met een tandarts die een bit heeft gemaakt, is er gezorgd voor een evenwicht op dat niveau. Aangevuld met een behandeling die zich vooral op regio nek en kaak richtte, hebben we de missing link om de klacht volledig op te lossen aangepakt. Kortom: teamwerk op alle niveaus met de atleet in het centrum. Bovendien is het een mooie illustratie van het osteopathische principe om op zoek te gaan naar de echte oorzaak van een klacht.
Brain & Food
Ook het mentale aspect is bij tennis niet te onderschatten volgens Marc en Sam. In de jaren ‘70 schreef Timothy Gallwey er al een boek over: The Inner Game of Tennis. De psychologie van een-op-een het spel aan te gaan met je opponent is niet voor de poes. In teamsporten kan je met de rest van de ploeg overleggen, in tennis sta je moederziel alleen op de court. Of met twee tijdens het dubbelspel, natuurlijk
Sam: “Tennis is speciaal in dat opzicht. Bij wielrennen zou je bijvoorbeeld in een lab naar de VO2 max kunnen kijken om te weten welke motor de atleet heeft. Bij tennis zijn er meer technische, tactische en mentale factoren. Zo heb ik ooit met Sabine Lisicki gewerkt in aanloop naar Wimbledon. En tijdens Roland-Garros zag je dat het mentaal niet goed zat: er was helemaal geen zelfvertrouwen. Maar samen met de equipe hebben we eraan gewerkt. Altijd, altijd positief blijven, hameren op de goeie aspecten. En dan begint die atleet in een flow te komen. Ze haalde uiteindelijk de finale van Wimbledon. Om maar te zeggen: mindset is cruciaal.”
Het blijkt daarnaast een rode draad in alle sporten, van voetbal en wielrennen tot tennis: voeding is een dominante rol gaan opeisen. Marc: “Wielrenners waren er al fanatiek mee bezig, toptennissers ook. Zo is het bekend dat Djokovic vrij maniakaal met voeding bezig is, onder meer volledig glutenvrij. Als therapeut kan je het ook meenemen. Om een voorbeeld te geven: een overprikkelde lever kan meer spanning geven naar die schouder toe. Waardoor we inderdaad die schouder ook meer gaan overbelasten in tennis.”
Een blik op de toekomst
Elke sport evolueert, ook tennis. Dat betekent dat de therapeuten en het team ook mee moeten evolueren. Op zoek naar de volgende horizon voor betere prestaties. Voor tennis halen zowel Marc als Sam aan dat de ogen wel eens een belangrijke rol kunnen gaan spelen.
Marc: “Als je bijvoorbeeld kijkt naar Djokovic, die is een rechteroog-dominante speler. Bij het spelen van zijn forehand gaat hij eigenlijk minder hoofdbeweging hebben. Waarom? Omdat hij natuurlijk met zijn rechteroog altijd een overzicht wil hebben van de court. Federer daarentegen is een linkeroog-dominante speler. Maar als hij zijn forehand speelt, dan moet hij meer hoofdbeweging hebben, omdat hij natuurlijk zijn bal in het oog wil houden. Dus daar merk je de rol van oogdominantie en de invloed daarvan op de techniek.”
Ondertussen is Sam nog dieper in de ogen gedoken met behulp van functioneel neurologisch onderzoek. “In wezen gaan we kijken naar de hersengebieden, de hemisferen, en hoe die beide functioneren. En de ogen hebben daarin een doorslaggevende rol. Afhankelijk van het soort oogbeweging, lichten er andere delen op in de hersenen. Retourneren of een volley spelen zijn bijvoorbeeld anders voor onze ogen. Fixatie van de ogen zal belangrijk zijn om te serveren, terwijl een volley een volgbeweging en/of een saccadebeweging vraagt. Dat kunnen we gaan meten, met het RightEye systeem. En zo kunnen we verbeteringen gaan aanbrengen.”
Het systeem zal eerst een ijking uitvoeren van verschillende oogbewegingen. Horizontaal, verticaal, circulair, etc. Die waarden kan je dan vergelijken met referentiewaarden van alle leeftijd en profielen om iemands prestatie in kaart te brengen. Daar kan je dan gericht aan gaan werken.
Sam geeft een voorbeeld: “Ik had een tennisser, top 150, waarbij we de test hadden gedaan en ik dacht: dat wordt een prima resultaat. Dat bleek niet zo te zijn. Wanneer we dieper ingingen op de waarden bleek inderdaad dat de speler veel last had bij het retourneren. Maar die ging ervan uit dat het een concentratieprobleem was. Eigenlijk bleek het een fixatieprobleem te zijn van de ogen. En daar werken we nu aan, met het systeem. Het leuke is natuurlijk dat je meetbare resultaten én verbetering kan voorleggen.”
En we blijven bij de ogen: ook AR & VR zijn misschien wel op korte termijn een extra wapen om de tennisser nog beter te laten presteren. Want er zit toekomstmuziek in de visualisatie van bijvoorbeeld forehands, backhands, de opslag. Door met je eigen ogen een perfecte serve te zien, kan je nog beter gaan werken aan details. “Van Maersschalk is zelfs bezig met virtual reality bij de revalidatie”, voegt Marc er aan toe. Om maar te zeggen: technologie is al een substantieel onderdeel van de begeleiding.
De handen van de osteopaat boven technologie
Is technologie zaligmakend? Allerminst. Zo haalt Sam een prachtige anekdote aan over hoe Kim Clijsters met rugproblemen kampte tijdens een toernooi in Miami. Sam: “Ik was er nog niet dus ze stelde voor om even via Skype af te stemmen. Geen ideale situatie voor een osteo! (lacht) En ik laat haar een aantal bewegingen doen en zie al snel dat het voornaamste probleem zich situeert ter hoogte van rib 12 en de thoracolumbale overgang. Maar de kines van WTA mogen dus niet gaan manipuleren. Kim bleef kampen met problemen. Toen ik aankwam in Miami kon ik haar behandelen en bleek het inderdaad rib 12 te zijn. De volgende opwarming draaide ze zich om en stak ze haar duim in de lucht naar mij. Opgelost!” Kortom: diagnose op beeld versus de vaardigheden van de osteopaat, het is een hemelsbreed verschil.
Tennis & osteopathie: a love game
Tennis is een sport die veel vraagt van het menselijk lichaam. Het is een sport waarbij succes afhangt van een hele keten en waarbij elke schakel sterk moet zijn. Van het lichaam tot en met het materiaal, de ondergrond en het team rondom de atleet. Soms lijkt de elegantie en de eenvoud van een speler zo natuurlijk dat je bijna vergeet dat die prestatie het gevolg is van talloze beslissingen.
Maar onze tennisosteopaten weten beter. Als geen ander kunnen ze de biomechanische complexiteit ontrafelen door te luisteren naar het lichaam van de speler. Door inzichten in anatomie, bewegingspatronen, preventie, evenwicht en nog veel meer. En door over hokjes heen te kijken, met een multidisciplinaire blik. Maar ook door naar de toekomst te kijken en naar nieuwe technologie.
Hoe tennis ook evolueert, het lichaam van de atleet zal altijd dé hoofdrol spelen. De osteopaat die een tennisser in topvorm kan krijgen en houden is zo altijd verzekerd van een zitje dicht bij het tenniscourt. Game, set, and match dus voor Mr. Lievens & Mr. Verslegers.
Osteopaat Vlaanderen dankt Marc Lievens en Sam Verslegers van harte voor hun medewerking en input aan dit artikel.