Asymmetrie in schedel of aangezicht

1. Inleiding

Regelmatig ziet men kindjes met een asymmetrische vorm van schedel of aangezicht. Logischerwijze baart dit de ouders meestal wel wat zorgen, maar wat is dat nu juist en van waar komt dit?

Een afgeplat achterhoofdje wordt ook wel plagiocefalie genoemd. Plagio staat voor ‘plat’ en cefalie betekent ‘schedel’. Men spreekt over plagiocefalie indien de afplatting zich aan één zijde van het achterhoofd voordoet. Indien de afplatting zich meer centraal voordoet, spreekt men van brachycefalie.

Men ziet deze afplatting aan één zijde en dan meestal aan de rechterkant van de schedel. Soms zal de asymmetrie zich uiten tot in het aangezicht. Dan ziet men niet alleen de afplatting aan het achterhoofd, maar zal het oor aan die zijde ook meer naar voren staan en ook het voorhoofd zal aan dezelfde zijde meer naar voor toe staan. De afplatting heeft op dat moment dus gevolgen voor de symmetrie van het gezicht. Niet alleen het voorhoofd van de aangedane zijde zal een verschil in vorm vertonen, ook de kaak en de wang kunnen vervormd zijn.

Een afgeplat achterhoofdje komt heel regelmatig voor: zo kan men bij 20% van de baby’s van vier maanden oud een bepaalde asymmetrie ontdekken. Sinds het advies gegeven wordt om de baby’s vooral in ruglig te leggen ter voorkoming van wiegendood, heeft er zich een opmerkelijke stijging in het voorkomen voorgedaan. Gelukkig herstellen een aantal van deze asymmetrieën zich eens het kindje zich minder en minder in ruglig bevindt. Zo ziet men nog bij 7% van de kinderen van 1 jaar een duidelijk aanwezige asymmetrie.

Uit onderzoek is gebleken dat jongens iets gevoeliger zijn dan meisjes om een afplatting te vormen. Verder ziet men het ook iets meer voorkomen bij meerlingen, bij eerstgeborenen, bij prematuren en bij kinderen die in stuit gelegen hebben.

2. Symptomen

  • Afgeplat achterhoofdje aan één zijde
  • Algemeen afgeplat achterhoofdje (beide zijden)
  • Vervorming van het gezichtje
  • Altijd naar dezelfde kant kijken

3. Oorzaken

Functionele oorzaken zijn:

Bij deze oorzaken zal de groei van de hersenen niet in gedrang komen.

  • Ligging in de baarmoeder: druk met schedel tegen bekken
  • Vroege indaling
  • Sterrenkijker
  • Stuitligging
  • Vastzitten in geboortekanaal tijdens bevalling
  • Sterke druk- en trekkrachten tijdens bevalling
  • Rugligging
  • Voorkeurshouding van de baby
  • Torticollis (link!)
  • Verhoogde spanning bovenaan het nekje (oorzaak ervan in de nek of op afstand)
  • Spanningen of bewegingsbeperkingen aan de schedelbasis

Niet-functionele oorzaken:

Op dit moment moet er goed opgevolgd worden, want hier kan de groei van de hersenen belemmerd worden.

  • Te vroeg sluiten van een schedelnaad of sutuur ( = craniosynostose): men zal dan een richel voelen daar waar de schedelbeenderen te vroeg met elkaar vergroeid zijn
  • Te snel sluiten van één van de fontanellen

 

Doelgroep
Zuigelingen, Peuters en Kleuters
Lichaamsregio
Hoofd